Leo Gestel ‘Herfst‘(1909) -detail-
Als je de tocht aanvaardt naar Ithaka
wens dat de weg dan lang mag zijn,
‘Ithaka’ K.P. Kavafis
Mijn schoolvriendje Wim, die wist dat ik van poëzie hield, vroeg me ooit om voor Marjo zijn vriendin, een liefdesgedichtje te schrijven. Geen idee waar ik moest beginnen maar ook ik vond Marjo wel aardig en las soms poëzie. De Zeeuwse dichter Hans Warren (1921 – 2001) was een van mijn voorbeelden. Wat woorden veranderen, wat zinnen omgooien en het leek al snel heel wat. Wim was er blij mee en naar ik begreep Marjo ook. Pas veel later leerde ik dat Hans Warren vooral de homoseksuele liefde bezong in zijn gedichten en schaamde ik me voor mijn onbegrip. Nog weer later leerde ik dat de gedichten toch vooral over de liefde gingen. Van gender en de vervagende grenzen tussen geslachten en seksualiteit of LGBTQ+ had in ons dorp nog niemand gehoord. Alles lag vast en was kinderlijk eenvoudig. De poëzie van Hans Warren, zijn columns en recensies in de Provinciale Zeeuwse Courant (PZC) waren mijn ingang tot de wereld van de kunst en de literatuur. Een paar jaar later tijdens mijn korte loopbaan als postbode kwam ik soms ook bij Hans Warren thuis om een telegram te bezorgen en soms een antwoord mee terug te nemen. Zijn huis, een samenvoeging van twee of drie arbeiderswoningen bij een grote boerderij, was prachtig ingericht. Vorig jaar stuurde mijn zus Karin me een berichtje dat zijn huis dat ooit buiten Goes lag, maar nu midden in de nieuwbouwwijk waar ze zelf woont, te koop stond. Of ik belangstelling had? De dichter zelf oogde altijd wat nerveus en sprak met een hoge schrille stem. Via Hans Warren leerde ik ook de poëzie van de, eveneens homoseksuele, Griekse dichter Konstantínos Kaváfis (1863 – 1933) kennen. Van hem is het gedicht Ithaka, ik heb het hierbij afzonderlijk opgenomen.
De titel van het gedicht verwijst naar het Griekse eiland Ithaka, een eiland voor de westkust van Griekenland. Ithaka is het thuiseiland van de Griekse held Odysseus die er na de Trojaanse oorlog tien jaar overdeed om zijn thuis weer te bereiken. Deze thuisreis staat beschreven in de Odyssee het beroemde Griekse epos van Homerus, van ongeveer 800 voor Christus. Kavafis, een Griekse dichter van rond 1900, verwijst naar dit wereldberoemde verhaal. Op weg naar huis werd Odysseus opgehouden door goden en monsters en verleidt door nimfen en godinnen. Het gedicht van Kaváfis gaat dan ook niet over het doel, Ithaka, maar over de reis. Wens dat je weg lang mag zijn, haast je niet, vrees geen monsters of goden, want die bestaan alleen in je eigen geest. De reis zelf is vol avonturen, dat je weg lang mag zijn en rijk aan vele ervaringen. Dat je vreemde havens mag aandoen, markten en steden mag bezoeken en veel nieuws mag vergaren. Hou je einddoel in gedachte, maar het is prima om er pas als oude man of vrouw aan te komen. Veronachtzaam je doel echter niet, het is je reden om in beweging te komen, en koers te houden. Maar met het zetten van de eerste stap kun je tegelijk beginnen met het los laten van je doel. Je doel schenkt je de reis, maar heb geen verwachtingen wat je daar zult aantreffen. Rijk word je slechts door wat je onderweg verwerft. Het gaat om de reis niet om het doel, overhaast je reis niet en besef dat je juist onderweg veel leert. Vergeet vooral niet te leven, mocht je toch een of ander doel najagen. Je reis is je leven en je doel. Heb vertrouwen in je leven, je doel, je reis en bovenal in je zelf. Ik wens je een mooie reis toe naar jouw Ithaka.
Dirk Filarski ‘Norder Ney’ (1911)
Ithaka
Als je de tocht aanvaardt naar Ithaka
wens dat de weg dan lang mag zijn,
vol avonturen, vol ervaringen.
De Cyclopen en de Laistrygonen,
de woedende Poseidon behoef je niet te vrezen,
hen zul je niet ontmoeten op je weg
wanneer je denken hoog blijft, en verfijnd
de emotie die je hart en lijf beroert.
De Cyclopen en de Laistrygonen,
de woedende Poseidon zul je niet treffen
wanneer je ze niet in eigen geest meedraagt,
wanneer je geest hun niet gestalte voor je geeft.
Wens dat de weg dan lang mag zijn.
Dat er veel zomermorgens zullen komen
waarop je, met grote vreugde en genot
zult binnenvaren in onbekende havens,
pleisteren in Fenicische handelssteden
om daar aantrekkelijke dingen aan te schaffen
van parelmoer, koraal, barnsteen en ebbehout,
ook opwindende geurstoffen van alle soorten,
opwindende geurstoffen zoveel je krijgen kunt;
dat je talrijke steden in Egypte aan zult doen
om veel, heel veel te leren van de wijzen.
Houd Ithaka wel altijd in gedachten.
Daar aan te komen is je doel.
Maar overhaast je reis in geen geval.
’t Is beter dat die vele jaren duurt,
zodat je als oude man pas bij het eiland
het anker uitwerpt, rijk aan wat je onderweg verwierf,
zonder te hopen dat Ithaka je rijkdom schenken zal.
Ithaka gaf je de mooie reis.
Was het er niet, dan was je nooit vertrokken,
verder heeft het je niets te bieden meer.
En vind je het er wat pover, Ithaka bedroog je niet.
Zo wijs geworden, met zoveel ervaring, zul je al
begrepen hebben wat Ithaka’s beduiden.
K.P. Kavafis (C.P. Cavafy)
vertaald uit het Grieks: Hans Warren en Mario Molengraaf,
Gedichten, Amsterdam 1991
Leo Gestel ‘Avondrood boven de Nieuwkoopse Plassen’ (detail)